Twee weken Suriname
Blijf op de hoogte en volg Cynthia
03 April 2014 | Suriname, Paramaribo
Vele vrienden die uiteindelijk over gestoken zijn mailen mij dat ik toch echt naar Suriname moet komen. Daar kan ik mooi charteren, dat doet niemand. Cor bied aan dat ik wel op zijn naam een retourtje voor 230 euro mag boeken. Dat kan ik niet laten schieten.
Liesbeth en Hans van de Kulkuri liggen daar sinds kort ook en na een enkel whatsappje zeggen ze me dat ik van harte welkom ben. Mijn plan was wat langer naar Nederland te gaan in maart, maar dat wordt dus maar een paar dagen.
Dinsdag 18 maart vlieg ik dan naar Suriname waar ik 9, 5 uur later aankom. Liesbeth en Hans staan me al op te wachten.
Na een uurtje rijden komen we aan in Waterland. Een project met 6 mooie bungalows , die leeg staan en een steiger waar alleen Hans en Liesbeth aan liggen. Prima verzorgt maar wel alleen. Zonder auto kan je geen kant op.
De volgende dag maak ik kennis met wat mensen waaronder Huib, die bezig is in Domburg ( ja het is wel vreemd al die Nederlandse namen hier tegen te komen) een restaurantje en café op te zetten aan de Surinaamse rivier, wat ook een bekende plaats is bij de oceaan overstekers die daar dan aan een mooring af meren.
Hij zoekt een beheerder voor het hele spul en er wordt enthousiast naar mij gewezen. Die beheerder moet een Nederlander zijn , want zelfs de Surinamers zeggen dat ze lui zijn en dat je er niet van op aan kant.
De dagen er na gaan we de Surinaamse rivier bevaren.
Het enigste vervoer is een Korjaal, een uitgeholde boomstam met een zware buitenboord motor. We komen bij spectaculaire stroomversnellingen.
We krijgen een reuze stortbui over ons heen, wat betekend dat mijn tas met kleren, drijfnat is, dadelijk maar weer proberen te drogen.
De eerste nacht in een vrij lux resort Botopassie en de twee nachten erop in Pikislee, wat minder lux.
Allebei beheerd door ook weer Nederlanders.
We maken wandelingen met een plaatselijk gids door de inheemse dorpen van de Marrons, dit zijn afstammelingen van de gevluchte plantageslaven en er wordt ons veel verteld over het vrij primitieve leven daar. Alles gebeurd in de rivier. Wassen, de afwas, tanden poesten en noem maar op.
We zijn weer terug in de middeleeuwen heb ik het gevoel. Geen ziekenhuizen, maar kruidendoctoren. De mannen hebben meerdere vrouwen en iedereen heeft zijn eigen moestuintje, dan wel op 2 uur lopen van huis omdat dicht bij huis de grond uitgeput is. Het is allemaal een hele beleving.
De laatste avond ontmoet ik Edith, een vrouw van mijn leeftijd die als vrijwilligster werkt in Suriname als kinderfysiotherapeut. En we spreken af elkaar van de week nog een keer te zien.
Dinsdag ga ik dan met de bus naar Paramaribo. Mij wordt verteld dat ca half 8 er zeker een bus zou langskomen en om ca 8 uur daarna ongeveer elke uur. Gewoon langs de weg gaan staan en wachten dan komt het goed. Het is ca 3 kwartier rijden.
Half 8 vind ik te vroeg dus ca 9 uur brengt Hans mij naar de weg.
Ik moet voor 12 uur bij Edith zijn dan kan ik mijn rugzak nog even daar in huis neerzetten en haar fiets meenemen. Want we hebben afgesproken dat ik een nachtje blijf slapen. Om 12 uur moet ze naar haar werk.
Ik heb een grote rugzak bij voor een paar dagen en het is echt tropische heet hier om er lang me op je rug te lopen. Ik loop een stukje langs de weg en al heel gauw stopt er een auto en de man vraagt of ik een lift wil.
Hij gaat maar tot Domburg maar vanaf daar kan ik wel met de bus verder want hier langs de weg komt er geen bus meer voor het einde van de dag verteld deze man mij. Die draaien net iets voor Domburg weer om.
We raken in gesprek en hij verteld me dat hij backpackers en stagiaires mee de binnen landen in neemt en is zeer geïnteresseerd in mijn eventuele charterplannen hier. Er is zeker vraag naar. Hij geeft zijn telefoonnummer om als het zo ver is misschien samen te werken. In Domburg ga ik even langs Huib voor een kort gesprekje.
Hij verteld me precies wat hij verwacht van een beheerder en een restaurant houder voor zijn project. Daarna ga ik weer langs de kant van de weg staan om een bus aan te houden. Ik probeer een lift te krijgen. Ik wordt wel gewaarschuwd voor de Surinaamse mannen. Daar niet alleen mee in de auto te zitten ivm eventuele verkrachting.
Om half 11 komt er dan een bus. Deze stopt regelmatig onderweg als er iemand vanuit een huis komt dat hij mee wilt. Ook wordt er gestopt bij een supermarkt. Er stapt iemand uit die wat te drinken haalt met wat bekertjes en deelt dat aan iedereen uit. En we vervolgen de weg.
Halve wegen worden we aangehouden door de politie, en op een gegeven moment moeten iedereen de bus uit. Hij schijnt geen vergunning te hebben. Het is een schoolbus en op de terugweg dacht deze chauffeur wat bij te kunnen verdienen wat dus niet mag.
Daar stonden we weer. Degene die in de supermarkt wat te drinken was gaan halen telefoneert druk met allerlei vrienden om ons verder te brengen maar we zijn met een te grote groep voor een taxi. Er komen wel busjes voorbij maar die zitten vol en rijden dan gewoon weer door. Of ze zijn leeg en stoppen ook niet.
Ik probeer te liften maar dat wordt sterk afgeraden. Die Surinamers zijn niet te vertrouwen wordt weer gezegd.
Om half 12 lukt het dan, er stopt een bus. Ik ben bang dat ik 12 uur niet haal. Ik vraag waar ik er uit moet en of daar dan ook taxi's staan. Het is 5 voor 12 als ik uit kan stappen. Er wordt taxi geroepen en ik stap meteen in. Laat me naar Edith rijden en ik ben nog net op tijd. Waarschijnlijk heb ik veel te veel voor de taxi betaald maar nu kan ik mijn spullen tenminste kwijt. Ik krijg alle benodigde sleutels en instructies en Edith gaat naar haar werk.
Rust, en wat een heerlijk huis. En wat een vertrouwen.
Ik ken Edith pas 1 avond en ze vertrouwd me haar hele hebben en houwen al toe. Ik smeer een boterham zet een kop thee en ga nog even de stad verkennen.
De volgende ochtend ga ik na het ontbijt met de fiets weer op verkenners tocht.
Ik bezoek Fort Zeelandia, een museum waar veel verteld wordt over de slavernij en wat vroeger als gevangenis fungeerde. Ga nog keer naar de grote overdekte markt waar ook een verdieping op blijkt te zitten, wat ik de eerste keer niet had gezien. Ook wandel ik door de stad. En pak een terrasje aan de waterkant. Maar niet voor lang want de schaduwplekken onder de parasols zijn bezet en toen ik onder een boom ging zitten vielen daar kleine rupsjes uit en dat leek me ook niet verstandig. Ik zit al onder de muggenbulten. Wat dat betreft is het klimaat op de Canarisch wel beter en insecten heb je daar ook geen last van.
S ‘middags kom ik weer thuis en begin ik eens aan een verslag. De stad heb ik nu wel gezien.Ik ben duidelijk geen stadsmens.
Donderdag 26 maart heb ik dan een fietsdag gepland.
Ik kan met een bootje de rivier over steken, waar ik terecht kom bij de vroegere plantages, Commewijne. Ik vertrek om half 10 en fiets langs de rivier, 8 km voor ik kan over steken. De boot is een bepaald bedrag wat je dan deelt door het aantal opvarende. En mij was verteld gewoon even wachten tot hij vol zit en dan oversteken kost geen drol. Ik had de tijd. Maar na een uur had ik er genoeg van.
Je staat alsmaar in die brandende zon. Er is 1 andere fietser gearriveerd, een Hollandse jongen van achter in de 20. We spreken een prijs af en vertrekken toch maar.
We besluiten meteen maar om de rest van de fiets tocht samen te doen wel zo gezellig.
Aan de overkant na een klein stukje fietsen komen we aan in fort nieuw Amsterdam, waar een openluchtmuseum is. Het is een voormalige strafgevangenis en werd gebouwd voor verdedigings werk tegen vijandelijke invallen. Ik leer daar dat de Surinamers in de tweede wereld oorlog ons land hebben geprobeerd te verdedigen tegen de Duitse invallers. Vele Surinaamse soldaten kwamen ons te hulp. Tegen hun was gezegd dat ze na de oorlog onafhankelijk zouden worden en er was toch geen werk voor ze in Suriname dus vele melden zich vrijwillig aan voor het leger. Nooit geweten.
Dat is ook een verwijt van de Surinamers toen, dat ze nooit waardering daar voor hebben gehad, en dat er geen herdenkings diensten voor hun zijn.
Nu goed we fietsen verder in de bloedhete zon en zweten ons een ongeluk. We komen aan in Plantage Marienburg.
Het hele dorp werkte en leefde 30 jaar geleden van de rum en suiker fabriek die daar stond en aan 2800 mensen werk bood. Door opstandelingen is de fabriek dus 30 jaar geleden stopgezet. Het is nu een vergane boel. Een oud medewerker lijdt ons door de resten en verteld nog vol woede in zijn stem over alles wat er nog van over is.
Ondertussen is het 4 uur. We horen dat we nog 25 km te gaan hebben terug naar de boot. De laatste boot gaat om 6 uur dus dat wordt doortrappen.
Geen tijd voor een lunch. We schieten 1 van de vele Chinese supermarkten in voor een fles water en een droog broodje voor onderweg en doen ons best de laatste boot te halen. De weg er naar toe is niet echt leuk. Veel verkeer en vooral de vrachtwagens duwen me regelmatig de berm in. Ik ben blij als we net op tijd bij de boot zijn. Het was een leerzame dag, maar ook een heel vermoeiende. 50 km op de teller , maar vooral het warme weer en de sterke wind zorgen er voor dat ik echt kapot ben. Thuis gekomen stelt Edith voor wat te gaan halen, lekker gemakkelijk want ik wil niet echt de deur meer uit.
Vrijdag 27 maart besluit ik nogmaals de fiets te pakken. Want in de boekjes staat toch echt dat het mooi is om daar rond te fietsen. Nu volg ik precies de beschreven route en inderdaad ik fiets over zandpadjes, en kom uit in Peperpot, een natuurgebied met rust en stilte. Ik geniet van alle dieren geluiden en helaas zie ik de apen niet die er wel blijken te zijn. Dit keer zorg ik dat ik tijd genoeg heb om de boot te halen.
Het weekeinde hebben Edith en ik een tripje naar Bigipan gepland. Nu ja een tripje? Het betekend dat we 5 uur in de auto moeten zitten naar het westen van het land. De wegen zijn niet al te best, maar we wagen het er op zelf te rijden, wat aanzienlijk in de prijs uitmaakt. Bigipan is een moerassig gebied van 135.000 hectare.
We gaan met een bootje naar een groot moerassig meer via een kleine doorvaart. We zien vele mooie vogels , waar de gids ons op wijst. Om ca 5 uur komen we dan aan bij een bouwsel op het water. Onze hut voor de komende nacht. Het is een hut van oud hout en golfplaten op ca 200 palen die handmatig in de grond zijn geslagen. Wij zijn maar met zijn tweeën. maar er kunnen er wel 20 slapen. In hangmatten en op matrassen op de grond. Om er te komen kunnen we niet te laag water hebben want we moeten over een soort dam heen. En aangezien we maar met zijn drieën zijn en de boot er overheen moeten tillen, wachten we op iets hoger water.
Ik slaap deze nacht voor het eerst in een hangmat. Dat valt niet mee maar het is weer een ervaring. We liggen er vroeg in.
Er is verder toch niets te doen in de hut. Het waait hard en het is koud. Alles wat ik bij me heb doe ik aan. Met vele onderbrekingen kom ik toch aan mijn rust toe. De volgende ochtend zijn we vroeg op. Voor we weer vertrekken gaan we eerst een uurtje door het moeras heen varen. Het is er maar af en toe 20 cm diep maar onze gids loods de boot netjes door het riet en de boomstammen die uit het water omhoog steken door. En wijst ons vele mooie vogels aan. Net voor we weer bij onze nut aankomen worden we weer even door een flinke regenbui overvallen.
Maar gelukkig drogen we altijd snel weer op. De Surinamers voelen het niet eens meer, die gaan gewoon door met waar ze mee bezig zijn.
Om 11 uur zijn we al weer terug bij onze auto. Edith wil graag meteen weer aanrijden en de aangeboden lunch overslaan. We moeten toch weer 5 uur terug.
Ze brengt me meteen door naar Hans en Liesbeth waar ik die nacht weer slaap.
De volgende dag help ik hun met hun verhuizing van de boot naar een appartement waar ze de komende 8 maanden gaan wonen en s' avonds brengt Hans me naar het vliegveld.
Twee weken Suriname zit er op. Vele nieuwe Indrukken. Veel gesprekken met Surinamers geven mij een redelijk beeld van het reilen en zeilen hier. Het is een warm en vochtig klimaat, de mensen zijn erg aardig. En wat me op valt is dat ze roepen om ons als Nederlanders om hier te komen werken, en dan op leidinggevende taken, en het organiseren van het werk. Ze zeggen van zich zelf dat ze lui zijn en het werken niet uitgevonden hebben.
De criminaliteit wordt groter en de verkrachtingen zijn veelvuldig. Toch is er een jaarlijkse groei van 5 % maar er wordt gedacht dat dat veel meer kan worden want er zijn mogelijkheden genoeg. Weinig regels en wetjes.
-
03 April 2014 - 23:33
Gerdie En Quido:
Leuk verslag weer. geniet er van om te lezen. Weer een hele ervaring rijker!!
-
04 April 2014 - 10:55
Jos Buskens:
Weer een mooi avontuur achter de rug Cyn, je hebt toch wel een mooi en spannend leven zo. Een leven dat getuigd van lef en doorzettingsvermogen. Je gaat niet voor een alledaags leven, iets waar ik persoonlijk wel een beetje jaloers op ben.
Het is weer en prachtig verhaal en ik hoop binnenkort jouw manier van leven te mogen meemaken op de Liberty C. :)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley