Twee weken Suriname - Reisverslag uit Paramaribo, Suriname van Cynthia hest - WaarBenJij.nu Twee weken Suriname - Reisverslag uit Paramaribo, Suriname van Cynthia hest - WaarBenJij.nu

Twee weken Suriname

Blijf op de hoogte en volg Cynthia

03 April 2014 | Suriname, Paramaribo

Mijn onverwacht tripje naar Suriname.

Vele vrienden die uiteindelijk over gestoken zijn mailen mij dat ik toch echt naar Suriname moet komen. Daar kan ik mooi charteren, dat doet niemand. Cor bied aan dat ik wel op zijn naam een retourtje voor 230 euro mag boeken. Dat kan ik niet laten schieten.

Liesbeth en Hans van de Kulkuri liggen daar sinds kort ook en na een enkel whatsappje zeggen ze me dat ik van harte welkom ben. Mijn plan was wat langer naar Nederland te gaan in maart, maar dat wordt dus maar een paar dagen.
Dinsdag 18 maart vlieg ik dan naar Suriname waar ik 9, 5 uur later aankom. Liesbeth en Hans staan me al op te wachten.
Na een uurtje rijden komen we aan in Waterland. Een project met 6 mooie bungalows , die leeg staan en een steiger waar alleen Hans en Liesbeth aan liggen. Prima verzorgt maar wel alleen. Zonder auto kan je geen kant op.

De volgende dag maak ik kennis met wat mensen waaronder Huib, die bezig is in Domburg ( ja het is wel vreemd al die Nederlandse namen hier tegen te komen) een restaurantje en café op te zetten aan de Surinaamse rivier, wat ook een bekende plaats is bij de oceaan overstekers die daar dan aan een mooring af meren.
Hij zoekt een beheerder voor het hele spul en er wordt enthousiast naar mij gewezen. Die beheerder moet een Nederlander zijn , want zelfs de Surinamers zeggen dat ze lui zijn en dat je er niet van op aan kant.

De dagen er na gaan we de Surinaamse rivier bevaren.
Het enigste vervoer is een Korjaal, een uitgeholde boomstam met een zware buitenboord motor. We komen bij spectaculaire stroomversnellingen.
We krijgen een reuze stortbui over ons heen, wat betekend dat mijn tas met kleren, drijfnat is, dadelijk maar weer proberen te drogen.
De eerste nacht in een vrij lux resort Botopassie en de twee nachten erop in Pikislee, wat minder lux.
Allebei beheerd door ook weer Nederlanders.
We maken wandelingen met een plaatselijk gids door de inheemse dorpen van de Marrons, dit zijn afstammelingen van de gevluchte plantageslaven en er wordt ons veel verteld over het vrij primitieve leven daar. Alles gebeurd in de rivier. Wassen, de afwas, tanden poesten en noem maar op.
We zijn weer terug in de middeleeuwen heb ik het gevoel. Geen ziekenhuizen, maar kruidendoctoren. De mannen hebben meerdere vrouwen en iedereen heeft zijn eigen moestuintje, dan wel op 2 uur lopen van huis omdat dicht bij huis de grond uitgeput is. Het is allemaal een hele beleving.
De laatste avond ontmoet ik Edith, een vrouw van mijn leeftijd die als vrijwilligster werkt in Suriname als kinderfysiotherapeut. En we spreken af elkaar van de week nog een keer te zien.

Dinsdag ga ik dan met de bus naar Paramaribo. Mij wordt verteld dat ca half 8 er zeker een bus zou langskomen en om ca 8 uur daarna ongeveer elke uur. Gewoon langs de weg gaan staan en wachten dan komt het goed. Het is ca 3 kwartier rijden.
Half 8 vind ik te vroeg dus ca 9 uur brengt Hans mij naar de weg.
Ik moet voor 12 uur bij Edith zijn dan kan ik mijn rugzak nog even daar in huis neerzetten en haar fiets meenemen. Want we hebben afgesproken dat ik een nachtje blijf slapen. Om 12 uur moet ze naar haar werk.
Ik heb een grote rugzak bij voor een paar dagen en het is echt tropische heet hier om er lang me op je rug te lopen. Ik loop een stukje langs de weg en al heel gauw stopt er een auto en de man vraagt of ik een lift wil.
Hij gaat maar tot Domburg maar vanaf daar kan ik wel met de bus verder want hier langs de weg komt er geen bus meer voor het einde van de dag verteld deze man mij. Die draaien net iets voor Domburg weer om.
We raken in gesprek en hij verteld me dat hij backpackers en stagiaires mee de binnen landen in neemt en is zeer geïnteresseerd in mijn eventuele charterplannen hier. Er is zeker vraag naar. Hij geeft zijn telefoonnummer om als het zo ver is misschien samen te werken. In Domburg ga ik even langs Huib voor een kort gesprekje.
Hij verteld me precies wat hij verwacht van een beheerder en een restaurant houder voor zijn project. Daarna ga ik weer langs de kant van de weg staan om een bus aan te houden. Ik probeer een lift te krijgen. Ik wordt wel gewaarschuwd voor de Surinaamse mannen. Daar niet alleen mee in de auto te zitten ivm eventuele verkrachting.
Om half 11 komt er dan een bus. Deze stopt regelmatig onderweg als er iemand vanuit een huis komt dat hij mee wilt. Ook wordt er gestopt bij een supermarkt. Er stapt iemand uit die wat te drinken haalt met wat bekertjes en deelt dat aan iedereen uit. En we vervolgen de weg.
Halve wegen worden we aangehouden door de politie, en op een gegeven moment moeten iedereen de bus uit. Hij schijnt geen vergunning te hebben. Het is een schoolbus en op de terugweg dacht deze chauffeur wat bij te kunnen verdienen wat dus niet mag.
Daar stonden we weer. Degene die in de supermarkt wat te drinken was gaan halen telefoneert druk met allerlei vrienden om ons verder te brengen maar we zijn met een te grote groep voor een taxi. Er komen wel busjes voorbij maar die zitten vol en rijden dan gewoon weer door. Of ze zijn leeg en stoppen ook niet.
Ik probeer te liften maar dat wordt sterk afgeraden. Die Surinamers zijn niet te vertrouwen wordt weer gezegd.
Om half 12 lukt het dan, er stopt een bus. Ik ben bang dat ik 12 uur niet haal. Ik vraag waar ik er uit moet en of daar dan ook taxi's staan. Het is 5 voor 12 als ik uit kan stappen. Er wordt taxi geroepen en ik stap meteen in. Laat me naar Edith rijden en ik ben nog net op tijd. Waarschijnlijk heb ik veel te veel voor de taxi betaald maar nu kan ik mijn spullen tenminste kwijt. Ik krijg alle benodigde sleutels en instructies en Edith gaat naar haar werk.
Rust, en wat een heerlijk huis. En wat een vertrouwen.
Ik ken Edith pas 1 avond en ze vertrouwd me haar hele hebben en houwen al toe. Ik smeer een boterham zet een kop thee en ga nog even de stad verkennen.

De volgende ochtend ga ik na het ontbijt met de fiets weer op verkenners tocht.
Ik bezoek Fort Zeelandia, een museum waar veel verteld wordt over de slavernij en wat vroeger als gevangenis fungeerde. Ga nog keer naar de grote overdekte markt waar ook een verdieping op blijkt te zitten, wat ik de eerste keer niet had gezien. Ook wandel ik door de stad. En pak een terrasje aan de waterkant. Maar niet voor lang want de schaduwplekken onder de parasols zijn bezet en toen ik onder een boom ging zitten vielen daar kleine rupsjes uit en dat leek me ook niet verstandig. Ik zit al onder de muggenbulten. Wat dat betreft is het klimaat op de Canarisch wel beter en insecten heb je daar ook geen last van.

S ‘middags kom ik weer thuis en begin ik eens aan een verslag. De stad heb ik nu wel gezien.Ik ben duidelijk geen stadsmens.

Donderdag 26 maart heb ik dan een fietsdag gepland.
Ik kan met een bootje de rivier over steken, waar ik terecht kom bij de vroegere plantages, Commewijne. Ik vertrek om half 10 en fiets langs de rivier, 8 km voor ik kan over steken. De boot is een bepaald bedrag wat je dan deelt door het aantal opvarende. En mij was verteld gewoon even wachten tot hij vol zit en dan oversteken kost geen drol. Ik had de tijd. Maar na een uur had ik er genoeg van.
Je staat alsmaar in die brandende zon. Er is 1 andere fietser gearriveerd, een Hollandse jongen van achter in de 20. We spreken een prijs af en vertrekken toch maar.
We besluiten meteen maar om de rest van de fiets tocht samen te doen wel zo gezellig.
Aan de overkant na een klein stukje fietsen komen we aan in fort nieuw Amsterdam, waar een openluchtmuseum is. Het is een voormalige strafgevangenis en werd gebouwd voor verdedigings werk tegen vijandelijke invallen. Ik leer daar dat de Surinamers in de tweede wereld oorlog ons land hebben geprobeerd te verdedigen tegen de Duitse invallers. Vele Surinaamse soldaten kwamen ons te hulp. Tegen hun was gezegd dat ze na de oorlog onafhankelijk zouden worden en er was toch geen werk voor ze in Suriname dus vele melden zich vrijwillig aan voor het leger. Nooit geweten.
Dat is ook een verwijt van de Surinamers toen, dat ze nooit waardering daar voor hebben gehad, en dat er geen herdenkings diensten voor hun zijn.
Nu goed we fietsen verder in de bloedhete zon en zweten ons een ongeluk. We komen aan in Plantage Marienburg.
Het hele dorp werkte en leefde 30 jaar geleden van de rum en suiker fabriek die daar stond en aan 2800 mensen werk bood. Door opstandelingen is de fabriek dus 30 jaar geleden stopgezet. Het is nu een vergane boel. Een oud medewerker lijdt ons door de resten en verteld nog vol woede in zijn stem over alles wat er nog van over is.
Ondertussen is het 4 uur. We horen dat we nog 25 km te gaan hebben terug naar de boot. De laatste boot gaat om 6 uur dus dat wordt doortrappen.
Geen tijd voor een lunch. We schieten 1 van de vele Chinese supermarkten in voor een fles water en een droog broodje voor onderweg en doen ons best de laatste boot te halen. De weg er naar toe is niet echt leuk. Veel verkeer en vooral de vrachtwagens duwen me regelmatig de berm in. Ik ben blij als we net op tijd bij de boot zijn. Het was een leerzame dag, maar ook een heel vermoeiende. 50 km op de teller , maar vooral het warme weer en de sterke wind zorgen er voor dat ik echt kapot ben. Thuis gekomen stelt Edith voor wat te gaan halen, lekker gemakkelijk want ik wil niet echt de deur meer uit.

Vrijdag 27 maart besluit ik nogmaals de fiets te pakken. Want in de boekjes staat toch echt dat het mooi is om daar rond te fietsen. Nu volg ik precies de beschreven route en inderdaad ik fiets over zandpadjes, en kom uit in Peperpot, een natuurgebied met rust en stilte. Ik geniet van alle dieren geluiden en helaas zie ik de apen niet die er wel blijken te zijn. Dit keer zorg ik dat ik tijd genoeg heb om de boot te halen.

Het weekeinde hebben Edith en ik een tripje naar Bigipan gepland. Nu ja een tripje? Het betekend dat we 5 uur in de auto moeten zitten naar het westen van het land. De wegen zijn niet al te best, maar we wagen het er op zelf te rijden, wat aanzienlijk in de prijs uitmaakt. Bigipan is een moerassig gebied van 135.000 hectare.
We gaan met een bootje naar een groot moerassig meer via een kleine doorvaart. We zien vele mooie vogels , waar de gids ons op wijst. Om ca 5 uur komen we dan aan bij een bouwsel op het water. Onze hut voor de komende nacht. Het is een hut van oud hout en golfplaten op ca 200 palen die handmatig in de grond zijn geslagen. Wij zijn maar met zijn tweeën. maar er kunnen er wel 20 slapen. In hangmatten en op matrassen op de grond. Om er te komen kunnen we niet te laag water hebben want we moeten over een soort dam heen. En aangezien we maar met zijn drieën zijn en de boot er overheen moeten tillen, wachten we op iets hoger water.
Ik slaap deze nacht voor het eerst in een hangmat. Dat valt niet mee maar het is weer een ervaring. We liggen er vroeg in.
Er is verder toch niets te doen in de hut. Het waait hard en het is koud. Alles wat ik bij me heb doe ik aan. Met vele onderbrekingen kom ik toch aan mijn rust toe. De volgende ochtend zijn we vroeg op. Voor we weer vertrekken gaan we eerst een uurtje door het moeras heen varen. Het is er maar af en toe 20 cm diep maar onze gids loods de boot netjes door het riet en de boomstammen die uit het water omhoog steken door. En wijst ons vele mooie vogels aan. Net voor we weer bij onze nut aankomen worden we weer even door een flinke regenbui overvallen.
Maar gelukkig drogen we altijd snel weer op. De Surinamers voelen het niet eens meer, die gaan gewoon door met waar ze mee bezig zijn.
Om 11 uur zijn we al weer terug bij onze auto. Edith wil graag meteen weer aanrijden en de aangeboden lunch overslaan. We moeten toch weer 5 uur terug.
Ze brengt me meteen door naar Hans en Liesbeth waar ik die nacht weer slaap.

De volgende dag help ik hun met hun verhuizing van de boot naar een appartement waar ze de komende 8 maanden gaan wonen en s' avonds brengt Hans me naar het vliegveld.

Twee weken Suriname zit er op. Vele nieuwe Indrukken. Veel gesprekken met Surinamers geven mij een redelijk beeld van het reilen en zeilen hier. Het is een warm en vochtig klimaat, de mensen zijn erg aardig. En wat me op valt is dat ze roepen om ons als Nederlanders om hier te komen werken, en dan op leidinggevende taken, en het organiseren van het werk. Ze zeggen van zich zelf dat ze lui zijn en het werken niet uitgevonden hebben.
De criminaliteit wordt groter en de verkrachtingen zijn veelvuldig. Toch is er een jaarlijkse groei van 5 % maar er wordt gedacht dat dat veel meer kan worden want er zijn mogelijkheden genoeg. Weinig regels en wetjes.



  • 03 April 2014 - 23:33

    Gerdie En Quido:

    Leuk verslag weer. geniet er van om te lezen. Weer een hele ervaring rijker!!

  • 04 April 2014 - 10:55

    Jos Buskens:

    Weer een mooi avontuur achter de rug Cyn, je hebt toch wel een mooi en spannend leven zo. Een leven dat getuigd van lef en doorzettingsvermogen. Je gaat niet voor een alledaags leven, iets waar ik persoonlijk wel een beetje jaloers op ben.
    Het is weer en prachtig verhaal en ik hoop binnenkort jouw manier van leven te mogen meemaken op de Liberty C. :)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Suriname, Paramaribo

Happy on the Canarisch

Happy on the Canarisch
Wat kan een mens toch vastzitten in oude gewoontes. Zelfs ik, hoewel ik vind dat ik best wat uitdagingen aanga, zit ik vast aan mijn titel van deze website “op weg naar het zuiden” maar zoals je misschien is opgevallen hij is veranderd. Een inmiddels goede vriend maakte mij daar attent op. Hij zei: Cynt je bent daar al bijna een jaar en nog zet je boven je verslagen ”op weg naar het zuiden” wordt het niet eens tijd dat te veranderen. En vandaag tijdens mij hervatte hardloop training( sorry Joke, het hardlopen is er de laatste tijd een beetje bij in geschoten;-) ) bedacht ik deze nieuwe titel.
Misschien vraag je je dan af waarom Engels? Nu dat is voor mij logisch. Engels is zo’n beetje mijn voertaal aan het woorden. Ik zou wel willen dat dat Spaans is maar zoals jullie eerder hebben kunnen lezen is het geen haalbare zaak voor mij en dan erbij een Spaanse titel kan zeker de helft van mijn lezers dan weer niet vertalen.

Genoeg hierover ik was gebleven bij mijn laatste dag op La Palma.
Dinsdagavond 24 september ga ik na een leuke charter dag en afscheid nemen en 5 mijl verder op, aan een mooring liggen, scheelt woensdag weer een uur.
Maar daar krijg ik dus spijt van, wat om deze tijd van het jaar nooit is, is nu wel, westen wind, dus de golven op de kant. Dat heb ik geweten, geen oog heb ik dicht gedaan.
Mijn plan is de volgende dag om 6 uur te vertrekken, nu kan ik ook eerder gaan want ik ben toch wakker, maar het is echt pikkie donker en ik wil om de zuidpunt met een beetje licht zijn, om de golfslag en de wind daar te kunnen inschatten. Want dat kan ook ineens veranderen daar. Eindelijk kan ik dan de mooring lijn los gooien

Ik zie echt geen hand voor ogen met alle boord lichten aan en een hoofdlampje op vaar ik voorzichtig naar achteren om geen mooring lijn in mijn schroef te krijgen. Er staat al meteen wat wind ( dacht ik) dus zoek waar die vandaan komt en hijs de zeilen. Maar algauw blijkt dat wat erg positief te zijn maar naar een uurtje motorzeilen kan hij dan toch uit. Om half 8 ben ik bij de zuidpunt en het begint net wat schemerig te worden. Goed gepland Cynt. Er staat ca 15 knopen wind van achteren, het zeilt als een speer met de boom in het voorzeil.

Ca half 10 beginnen mijn ogen dicht te vallen, de zeilen staan goed en ik hoef weinig te doen. Ik bedenk dat het misschien een mooie oefening is om met de wekker in mijn hand me zelf te slapen te leggen op de buiten bank, zal ik toch moeten leren en geloven dat ik dat ook kan. Met het oog op eind van de week wanneer ik 100 mijl in een keer in mijn eentje moet afleggen.
En ja hoor aan het einde van de oefening om 11 uur heb ik weliswaar echt geslapen de laatste 20 minuten. En de keren daarvoor ook best kunnen rusten. En steeds als de wekker afging even om me heen gekeken, wat zeil bijgesteld en weer verder gaan slapen. Ik sta versteld van mezelf en krijg steeds meer vertrouwen dat ik misschien wel heel de tocht alleen kan doen.

Om 11 uur ga ik thee zetten met een plak peperkoek als ontbijt. De wind is ondertussen naar een minimum gegaan maar nog net genoeg met de stroom er bij om de motor nog even uit te laten. Maar om 12 uur ga ik echt niet meer vooruit dus de tor aan. En helaas tot bijna het einde. Nog ca 1,5 uur kunnen zeilen. En juist waar ik had verwacht een rustiger water te vinden achter Gomera ging het even flink waaien. Wel heb ik van echt heel dicht bij heel veel dolfijnen gezien. Ze zwemmen heerlijk mee aan de voor punt van de Liberty. De oceaan was op dat moment spiegelglad en heel helder blauw ik heb hele mooie foto’s en filmopnames kunnen maken, machtig.
De laatste uren is het nog hard sjorren aan die zeilen. Met iedere keer die wind wisseling moest het voor zeil ook steeds ingerold en uitgerold worden. Boom er in en eruit. Als de boom er in en er uit gaat heb ik geleerd hem eerst weer in te rollen en dan de boom er in, dan sta je niet zo te wiebelen op dat slingerende voordek met het inprikken van de spinaker boom.

Dus toch nog moe kom ik om 7 uur aan in de haven van San Sabastiaan , waar ik weer een warm ontvangst krijg van Liesbeth en Hans. De heerlijke zelfgemaakte vissoep staat al weer klaar en natuurlijk het luisterend oor.

De dag er op spoel ik de Liberty weer goed af. Was mijn bedden goed met de hand.
Altijd een heel karwij. Schrijf aan mijn verslag en praat lekker bij met Liesbeth. Zo’n dag is altijd zo om. S’ avond wordt ik weer uitgenodigd voor een heerlijke vegetarische maaltijd natuurlijk bij Hans en Liesbeth aan boord. Ga niet al te laat naar bed want de volgende ochtend loopt mijn wekker weer om half 7 af.

Zodat ik 27 september om 7 uur bij de bakker sta voor een vers broodje. Hans staat al weer klaar op de steiger om me los te gooien. Ook Liesbeth verschijnt in haar Pyjama om uit te zwaaien. Ik wacht nog even want ik wil een beetje schemer hebben bij het verlaten van deze haven in verband met de windversnelling net buiten de kom. Maar het valt mee. Met een heerlijk gangetje zeil ik dan naar Tenerife waar ik om half 2 aankom.

Ondertussen is het stevig gaan waaien en ook in de redelijk onbeschutte haven waait het 18 knopen. Er staat een haven meester te roepen welke box ik in moet varen maar ik roep dat ik eerst alles klaar moet maken, om onbeschadigd de box in te draaien denk ik bij mezelf. Ik geloof dat hij het niet echt begrijpt.
Maar ik neem daar toch gewoon de tijd voor. Er is weinig ruimte om mijn ding te doen dus steeds zet ik de motor weer in zijn achteruit/vooruit om de volgende stootwil op te hangen.
Het waait zo stevig dat het niet mee valt om niet verstrikt te raken tussen de voor anker gelegen boten. Als ik er voor klaar ben vaar ik dan toch naar de aangewezen box.
Nu lijkt het handig zo’n havenmeester op de kant maar die weten vaak niet wat ze moeten doen, zo raar. Het is een smalle insteek maar zonder moeite draai ik de Liberty op zijn plaats.
Stap op de steiger om zelf al mijn lijntjes vast te maken. Trots als ik op mezelf ben sta ik even op de voor punt te genieten. Komt er een wat oudere man al klappend langs en zegt knap hoor op zijn Spaans. Natuurlijk ben ik blij met zo’n compliment maar later denk ik. Je had ook even kunnen helpen? Zal wel zijn reden hebben waarom hij liever toeschouwer wilde zijn.

Een uurtje later krijg ik een smsje van Ton, reisleider van de SRG ( stichting gehandicapten reizen) dat de reis naar Tenerife niet doorgaat. Alle deelnemers staan voor niets op het vliegveld. Ik heb jaren voor de SRG als reisleider geholpen op dit soort vakanties als vrijwilligster en toen ik hoorde dat ze naar Tenerife zouden komen heb ik mijn hulp aangeboden voor een paar dagen. Maar de reisorganisatie is failliet dus de reis gaat niet door. Ik wilde ze vanavond om 7 uur van het vliegveld naar hun hotel vergezellen. Wat balen voor hun. Mij geeft het wel wat meer ruimte om toch op tijd mijn einddoel te bereiken.

Dus de volgende ochtend vaar ik om kwart voor 7 weg. S’avonds ben ik goed in het pikkie donker de uitgang gaan bestuderen. Het is hier allemaal erg klein en weinig ruimte om eerst rustig alles op te ruimen voor dat ik het ruime sop kies. Het waait nog steeds stevig.
Er is nagenoeg geen verlichting zelfs de ingang is niet verlicht. Hier moet je dus niet s’nachts naar binnen varen denk ik.

Maar vanochtend is het blad stil. En dat heeft het 56 mijl volgehouden. Dus de motor heeft weer over uren gemaakt. Om 7 uur laat ik mijn anker vallen in Anfi, Gran Canaria. Het geeft me een beetje een thuis gevoel. Dit keer liggen er meer zeilboten voor anker. Na een frisse duik en mijn avond eten duik ik weer mijn bed in. Ik krijg ook nog een telefoontje van Greame, een Engels gezin waar ik het erg goed mee kan vinden,+ dat hij een opstapper voor me heeft voor de volgende uitdaging. 100 mijl naar Gran Tarajal op Fuerteventura.
Mijn eind doel van deze week/maand. Ik had hem gezegd dat ik er tegen opzag zo’n groot stuk alleen te moeten zeilen en dan de nacht vind ik erg moeilijk. Hij vind alles knap wat ik doe en dat vooral omdat hij het zelf niet kan of aandurft hij ligt dan ook al bijna een jaar aan de steiger in Las Palmas omdat hij geen goede schipper kan vinden om verder te gaan.


Zondag krijg ik eerst bezoek van vriendin Marleen. Die zwemmend naar me toe komt omdat ik de bijboot al opgeruimd heb. We kletsen gezellig bij over waar we de laatste weken zoal mee bezig zijn geweest. Heerlijke vriendinnen praat.
Om 4 uur vaar ik naar de kade van Arquinequin waar ik de Liberty even langs een vissersboot leg om Franco, mijn opstapper voor de volgende tocht aan boord te nemen. Greame , Camille en Alexander zijn er ook.
Ik vraag ze of ze even met hun auto wat extra diesel willen halen want het beloofd weer vele motor uren te worden. Ze vragen of ik mee ga. Ik laat Franco achter op de boot, zonder eigenlijk echt welkom te heten.
De vissers boot waar ik tegen aan lig is goed aan het spuien waardoor het er erg onrustig liggen is.
Dus veel tijd heb ik niet. Graeme en Camille willen even hun ei kwijt en in korte tijd vertellen ze wat ze dwars zit. Ook hebben ze steeds weer mijn advies nodig over uit een lopende dingen. Na de reserve tankjes gevuld te hebben nemen we weer afscheid en starten we de motor om aan onze trip te beginnen.
Onderweg maak ik verder kennis met Franco, de hulk zoals Marleen en ik hem noemen. Ik kende hem wel van zien en van verhalen en heb er ook wel eens een woordje mee gewisseld. Het is een fransman die ook wel Engels kan zegt hij zelf maar in de praktijk zeer slecht niet te begrijpen blijkt tijdens deze reis. Het is maar goed dat er geen wind is wat dat betreft, want hij snapt er niet veel van.
Toch heeft hij zeker zijn nut. Hij ziet heel goed in het donker wat in het begin goed van pas komt. We komen namelijk langs een onverlichte visfarm in het water. Op de kaart wel aangegeven maar hij wordt nog wel eens verplaats weet ik uit ervaring. Ook de nacht krijg ik zo de kans om te slapen.
Ik doe de wacht 11 tot 2 en hij de rest. Dat wilde hij zo prima denk ik dan. De 10 donkere uren hebben we kunnen zeilen de rest op de motor. 22 uur zijn we onderweg geweest.


De volgende dagen houd ik me bezig om mijn schip klaar te maken om de kant op te gaan, alle papieren in 3 voud ingediend voor toestemmig, met een beetje geluk duurt het twee dagen maar dat geluk heb ik niet. Het worden er vier en dan lig ik eindelijk onder de kraan is er niemand. Nee, ze komen pas om 5 uur wordt me gezegd. Dus maar weer wachten.

Ondertussen de donderdagavond vlucht naar huis gemist. Nu ga ik maar voor de zondag vlucht. Gelukkig heb ik een open ticket dus een echte ramp is het niet. Maar om half 6 krijg ik te horen dat er geen steunpalen voor mijn schip zijn met een kiel van 1.90. Ze zijn er wel maar niet voor 5 weken.
Er ontstaat wat strijd daar over op de wal . Het einde van het liedje is dat ik om 6 uur weer terug in de box lig. Mijn tussen persoon hier zegt dat hij het volgende week met zijn vriend, ook weer een bevriende man van hier die ik ken, gaat regelen.
Hij zal zorgen dat mijn boot de kant op gaat. Nu gebeuren er vreemde dingen hier wat mij er van weer houd om sleutels en geld meteen maar bij hun achter te laten.

Mijn buren kende ik al uit las Palmas en vraag hun hulp of ze bieden hem eigenlijk zelf aan. Ik geef hun de bootsleutels , het geld en de nodige instructies om volgende week hopelijk mijn boot toch op te kant te krijgen. Er moet het een en ander gebeuren , schroefas moet vervangen worden en nieuwe antifouling.
En op de kant staan is hier zoveel goedkoper dan in het water blijven liggen en beter, dus ik wil de kant wel op.

Ik ga namelijk na een paar dagen in Nederland , 3 weken naar Tanzania om mijn vrijwillerswerk voor de doven kinderen, wat ik al jaren daar gedaan heb, te hervatten. Daarna vlieg ik via Nederland vrijwel meteen weer door naar hier toe. Dus al met al 4 tot 5 weken weg.

Mijn laatste dag hier loop ik weer hard, zoek een internet cafe op om dit verslag te plaatsen en rommel nog wat verder.



Recente Reisverslagen:

13 April 2019

verslag april 2019, terug van Suriname

18 Januari 2019

Meezeilvakanties Canarische eilanden

18 November 2018

Mijn weken in NL als

04 September 2018

Verslag september 2018 en een nieuwe uitdaging.

14 April 2018

meezeilvakantie, rondje Gran Canaria
Cynthia

Ik zeil al heel mijn leven en heb in 2012 besloten met mijn boot te vertrekken ergens waar het altijd mooi weer is. Na 7 jaar op de Canarische eilanden meezeilvakantie te hebben gedaan, ga ik nu mijn horizon verbreden. Ik ben overgestoken naar Suriname en maart 2020 door naar de Caribe. Waar ik verder ga met mijn meezeilvakantie's of dag tochten met gasten. Waar ik zelf ook heel blij van wordt.

Actief sinds 12 Juni 2012
Verslag gelezen: 1204
Totaal aantal bezoekers 204785

Voorgaande reizen:

07 Oktober 2013 - 07 Oktober 2014

Happy on the Canarisch

01 Juli 2012 - 30 November -0001

zeilend naar het zuiden

23 December 2019 - 30 November -0001

Meezeilvakantie Caribisch gebied

Landen bezocht: